Week 44

45 minuten loop
45 minuten aaneengesloten lopen en om de 15 minuten wisselen van tempo. 5 minuten inlopen met 3 sprintjes. Na afloop 3 X 100 meter.

400 meter
10 X 1 1/2 minuut. P = 2 minuten. Tempo: begin moet eindtempo zijn. 10 minuten inlopen met 3 sprintjes. Na afloop 5 minuten uitlopen.

Week 41

200 meter
4 X (5 X 30 sec). P = 60 sec dribbelen. SP = 3 minuten. Tempo: hoog. 10 minuten inlopen met 3 sprintjes. Na afloop 10 minuten uitlopen.

30 minuten loop
30 minuten aaneen gesloten lopen en om de 10 minuten wisselen van tempo. 5 minuten inlopen met 3 sprintjes. Na afloop 5 X 100 meter.

Week 40

200 meter
4 X (5 X 30 sec) P = 60 sec SP = 3 minuten. 10 minuten inlopen met 3 sprintjes. Na afloop 10 minuten uitlopen.  Tempo hoog.

kort-lang-kort
4 X (1-4-1 minuut) P = 60 sec. SP = 2 minuten. 10 minuten uitlopen met 3 sprintjes. Na afloop 10 minuten uitlopen. Tempo: begin moet eind tempo zijn.