Week 31

Piramide
2,3,4,5,6,5,4,3,2 minuten met daartussen 2 minuten rust. Tempo: begin moet eind tempo zijn. 10 minuten inlopen met 3 sprintjes. Na afloop 10 minuten uitlopen.//
45 minuten loop om de 5 minuten van tempo wisselen, D4, D3, D4, D2 enz. Geen rust (P). 5 minuten inlopen met 3 sprintjes. na afloop 5 X 100 meter.

Week 30

10 X 3 minuten met daartussen 15 sec versnellen, aaneen stuk door. 5 minuten inlopen met 3 sprintjes. Tempo: begin moet eindtempo zijn. Na afloop 5 X  100 meter sprint.///
8 X 2 minuten met daartussen 2 P. Tempo begin moet eindtempo zijn. 10 minuten inlopen met 3 sprintjes. Na afloop 10 minuten uitlopen.

Week 29

2000 meter
4 X 9 minuten. P = 3 minuten. Tempo: D3 laag. 5 minuten inlopen met 3 sprintjes. Na afloop 5 tot 10 X 100 meter.///
1000 meter
6 X 5 minuten. P = 2 minuten. Tempo: D3 hoog. 5 minuten inlopen met 3 sprintjes. Na afloop 5 tot 10 X 100 meter.
Deze week omvang week.

Week 28

Wisselduur,
6 X 6 minuten, P = 1/2 minuut versnellen. Tempo: D4. 5 minuten inlopen met 3 sprintjes. Na afloop 5 tot 10 X 100 meter sprint.///
Oplopend schema,
2-4-6-8-10-2 minuten. P = 3 minuten. Tempo begin moet eindtempo zijn (Hoog). 10 minuten inlopen met 3 sprintjes. Na afloop 5 minutenuitlopen.